De lifteenheid is een van de hoofdcomponenten van de verwarmingssystemen van elk huis met meerdere verdiepingen of een privéwoning. Volgens de normen zijn er verschillende temperatuurregimes in de stookruimte en als de watertemperatuur hoger is dan 95 graden, moet deze worden verlaagd. Dit is de taak van de lifteenheid.
Elk verwarmingssysteem is uitgerust met twee pijpleidingen. Warm water komt het huis binnen via de toevoer en het gekoelde water keert via de retourleiding terug naar de stookruimte van het verwarmingssysteem. De warmtekamer levert warm water aan de kelder van het huis, waar altijd afsluiters of kleppen bij de ingang zijn geïnstalleerd. Het verdere werk van het koelmiddel wordt bepaald door de temperatuur. Er worden drie warmtestanden gebruikt: 150, 130 en 95 graden. Als de temperatuur van de koelvloeistof niet boven de 95 °C komt, dan verspreidt de warmte zich gewoon door het hele verwarmingssysteem en een collector met balanskranen helpt hierbij. Maar als de temperatuur daarboven stijgt, moet dergelijk water worden gekoeld, dit is het werk van de lifteenheid.
Het werkingsprincipe van de lifteenheid:
De lifteenheid bestaat uit een jetlift, nozzle, vacuümkamer en liftleidingen met een set controlethermometers en manometers. Het koelt het oververhitte water tot de gewenste temperatuur en mengt warm water met gekoeld water uit de toevoer- en retourleidingen. Daarna komt het koelmiddel het verwarmingssysteem van woongebouwen binnen. Het is de lift die verantwoordelijk is voor de efficiëntie van het verwarmingssysteem en tegelijkertijd twee functies vervult: een circulatiepomp en een mixer. Bovendien is het efficiënte ontwerp van het liftsamenstel eenvoudig en goedkoop. Het heeft geen elektriciteit nodig om te werken.
Nadelen van de lifteenheid
Er zijn een aantal nadelen aan de werking van de lifteenheid: het is noodzakelijk om de druk in de voorwaartse en retourleidingen constant binnen 0,8-2 bar te houden; de uitblaastemperatuur is niet instelbaar; een nauwkeurige berekening van elk element van de lift is vereist. Ondanks de aangegeven nadelen worden liftunits veel gebruikt in het gemeenschappelijke verwarmingssysteem. Dit komt door de stabiliteit van hun werk, ongeacht veranderingen in de thermische en hydraulische regimes. Ze hebben geen constant toezicht nodig. Het afstellen ervan wordt gereduceerd tot het instellen van de gewenste nozzle-diameter.
Momenteel worden liftunits vervangen door modernere apparaten die de temperatuur van het koelmiddel automatisch kunnen regelen. Ze zijn veel duurder, maar veel zuiniger en energiezuiniger. Voor hun werking is echter een elektrische voeding en een hoog vermogen vereist.