Granaatappel is een korte boom of struik, afkomstig uit Noord-Afrika en Centraal-Azië. Natuurlijk is de granaatappel beter bekend als een vrucht dan als een sierplant. Desalniettemin zijn granaatappels als decoratieve kwaliteit welbekend bij liefhebbers van bonsaiteelt.
Noodzakelijk
- - rijp granaatappelfruit;
- - "Epin-extra";
- - graszoden;
- - humus aarde;
- - lommerrijke grond;
- - rivierzand;
- - afvoer.
instructies:
Stap 1
Verse granaatappelzaden staan bekend om hun goede ontkieming. Neem voor de zaden een rijpe, in de winkel gekochte granaatappel. Zaden van een rijpe binnengranaatappelvrucht zijn ook geschikt. Verwijder de zaadjes van het sappige vruchtvlees en spoel ze af met water. Sommige deskundigen adviseren om zaden te desinfecteren in een zwakke oplossing van kaliumpermanganaat.
Stap 2
Voordat u gaat zaaien, kunt u de zaden een dag laten weken in een oplossing van "Epina-extra" met een snelheid van drie druppels van het medicijn in een half glas water.
Stap 3
Het zaaien van granaatappelzaden wordt aanbevolen in de late herfst of lente. Maak voor het zaaien een bak klaar met een grondmengsel bereid uit een deel graszoden en een deel gewassen rivierzand.
Stap 4
Bevochtig de grond, zaai er zaden in tot een diepte van niet meer dan een centimeter van het oppervlak. Bedek de container met glas of plasticfolie en plaats op een plaats met een luchttemperatuur van minimaal twintig en niet hoger dan vijfentwintig graden. Houd de grond vochtig door er warm water over te gieten.
Stap 5
Onder gunstige omstandigheden kunnen de eerste scheuten al twee weken na het zaaien verschijnen. Zodra er twee echte bladeren verschijnen, moeten de zaailingen één voor één in kleine potjes worden gedoken met een drainagelaag op de bodem en een potmix bereid uit een stuk humusgrond, twee delen graszoden, twee delen bladaarde en twee delen zand.
Stap 6
Om zaailingen te duiken, verwijdert u ze voorzichtig uit de container waarin de zaden zijn ontkiemd. Kort de wortels een derde van de lengte in. Maak met je vinger of een duikpin een gat in de grond en laat de zaailing erin zakken zodat de wortels niet buigen. Druk met aarde op de wortels door een duikpin aan de zijkant van het gat te steken.
Stap 7
Verplant de plant na een paar maanden in een pot die twee centimeter groter is dan de vorige. Gebruik bij het verplanten dezelfde potgrond en beschadig de aardebol niet.