Tegenwoordig betekent het woord "kwintessens" meestal de belangrijkste essentie van elk fenomeen, de belangrijkste betekenis ervan. Maar ooit had deze term een iets andere betekenis.
Vertaald uit het Latijn betekent het woord kwintessens letterlijk 'de vijfde essentie'. In relatie tot wat het "vijfde" was, kan men begrijpen als we ons het idee van de wereld herinneren dat bestond in de oude filosofie.
Quintessence in de oude filosofie
De oude Griekse filosoof Empedocles werd de grondlegger van het idee van vier elementen die alles vormen wat in de wereld bestaat. Deze elementen zijn water, aarde, lucht en vuur. Alle verschillen tussen planten, dieren en andere objecten worden verklaard door de verhouding van elementen. Dit idee werd algemeen aanvaard in de oude filosofie. Aristoteles hield zich er ook aan, maar hij besloot de leer van Empedocles aan te vullen.
Volgens Aristoteles is er, naast de vier hoofdelementen, een vijfde, die er fundamenteel van verschilt. Het is het meest subtiele en volmaakte, het is eeuwig, d.w.z. niet ontstaat en niet kan worden vernietigd, zijn de sterren en de lucht buiten de baan om de maan ervan gemaakt. Dit element noemde Aristoteles de ether of "de vijfde essentie" en zo verscheen de term "kwintessens".
Al onder de oude filosofen stuitte het idee van kwintessens op kritiek. Sommigen van hen geloofden dat het niet nodig was om het bestaan van een extra element toe te geven om bijvoorbeeld de aard van sterren te verklaren, als we aannemen dat ze uit vuur zijn samengesteld. De verhandeling van de filosoof Xenarch heet 'Tegen de Quintessence'. En toch bleef het idee hangen.
Quintessence in de filosofie van de Renaissance en de moderne tijd
De ideeën van de oude filosofie werden geërfd door de Middeleeuwen, en vooral de Renaissance. Agrippa Nettesheim, G. Bruno, F. Bacon en enkele andere filosofen van de Renaissance en het begin van de moderne tijd beschouwen de kwintessens als de verbindende schakel tussen het sterfelijke, het materiële lichaam en de onsterfelijke ziel. Het astrale lichaam, dat zowel stoffelijke als niet-materiële aard heeft, bestaat eruit.
Het idee van de kwintessens was in die tijd zo populair dat F. Rable, in zijn roman "Gargantua en Pantagruel", hier zelfs de spot mee drijft en een zekere "extractor van de kwintessens" noemt.
Het idee van de kwintessens in de alchemie was van groot belang. Ze werd voorgesteld als het basiselement van al het bestaan, dat door God zelf werd geëxtraheerd. Sommige denkers - bijvoorbeeld Theophrastus Paracelsus - identificeerden de mysterieuze "vijfde essentie" met … de mens! Deze benadering is volledig in overeenstemming met de filosofie van het humanisme, die de mens uitriep tot 'de maat van alle dingen'.
Verrassend genoeg bestaat het concept van kwintessens ook in de moderne natuurkunde. Dit is de naam die wordt gegeven aan een van de concepten van donkere energie - een mysterieuze entiteit die de uitdijing van het universum zou kunnen verklaren.