Natuurrampen zijn verschrikkelijke natuurrampen, dus vroeger bedachten mensen verschillende manieren om te informeren over hun begin. In het bijzonder werden brandwaarschuwingsinrichtingen en brandverspreidingsinrichtingen uitgevonden. In het begin waren dit de meest primitieve en gewone apparaten, die in de loop van de tijd werden getransformeerd.
Rynda als waarschuwing voor brand
De meest verschrikkelijke rampen in het oude Rusland werden beschouwd als pest en vuur. Het waren de branden die zo verwoestend waren dat ze hele steden verwoestten, aangezien vroeger de meeste gebouwen van hout waren opgetrokken.
Zelfs vóór de beroemde brand in Moskou, die tweederde van alle gebouwen, steden en dorpen verwoestte, gebruikten ze een waarschuwingssysteem voor een naderende ramp, dus in speciale wachttorens, die zich aan de rand van de wijken of klokken bevonden - werden klokken geïnstalleerd op de muren. Iedereen die de brand opmerkte, moest onmiddellijk aanbellen en de boodschap van problemen verspreiden. Tot 1649 waren er geen brandweerkorpsen, die het vuur zo goed mogelijk bestreden. Het is bijvoorbeeld bekend dat in de Wolga-regio bij elk huis dozen met zand werden geplaatst om het vuur te vullen, en als de eigenaar van het huis de doos leeg hield of voor andere doeleinden gebruikte, een aanzienlijke boete werd opgelegd. De brandweer die in 1649 voor het eerst in de hoofdsteden en districtscentra verscheen, was samen met brandblusapparatuur uitgerust met speciale markten. In de toekomst werden in elke nederzetting vuurtorens gebouwd, waar mensen dienst hadden. Toen ze in de verte rook en vuur zagen, begonnen ze aan te bellen. Later migreerden gegoten klokken naar de vloot, waar klokken nog steeds worden gebruikt voor melding.
Waarschuwingen
In verschillende landen zijn ook andere brandwaarschuwingssystemen ontwikkeld. Dus een van de eerste apparaten die in Venetië werden gebruikt, was een touw waaraan een gewicht was opgehangen. Toen het touw doorbrandde, viel het gewicht op de metalen steun, die hevig rammelde door de impact. Bovendien zijn er pogingen gedaan om een apparaat te implementeren dat sterk lijkt op een wekker. Dit apparaat maakte gebruik van een koord dat door de kamer liep en aan het einde werd een last opgehangen. Toen er brand uitbrak, brandde het snoer door, viel de last, waardoor het signaalapparaat vrijkwam en de wekker begon te rinkelen.
Aan het einde van de 19e eeuw werd de telegraaf uitgevonden, die gewoon een onmisbaar middel werd om op de hoogte te stellen van een begonnen brand, maar dit apparaat kon lange tijd geen goede distributie krijgen, omdat de eerste telegrafen bovendien duur waren, ze waren omslachtig en voor het werk was het nodig om de morsecode te bestuderen.
Enkele jaren later kwamen er in Duitsland nog andere brandmelders: dit waren apparaten met een knop waaraan moest worden gedraaid om een alarmsignaal naar de brandweer te sturen. Uit het aantal omwentelingen van deze hendel kon worden afgeleid waar de brand op het grondgebied werd gedetecteerd. Dergelijke apparaten waren in rood geverfd, wat vandaag al een symbool van de brandweer is geworden.