Het woord 'gevoelig' betekent letterlijk 'gevoelig'. De gevoelige periode is de leeftijdsperiode in het leven van een persoon, gekenmerkt door een bijzondere gevoeligheid voor bepaalde invloeden.
De mogelijkheden voor de vorming en ontwikkeling van de psyche kunnen niet onbeperkt worden genoemd: voor de vorming van elke mentale functie heeft de natuur de tijd strikt gemeten. Als een kind om de een of andere reden (bijvoorbeeld door gehoorverlies) niet heeft leren spreken vóór de leeftijd van 5 jaar, is het bijna onmogelijk om zijn spraak later te ontwikkelen, zelfs als het gehoor wordt hersteld. Het is buitengewoon moeilijk voor iemand die blind werd in de kindertijd en zijn zicht op volwassen leeftijd zag om te leren zien te "gebruiken".
In alle bovenstaande voorbeelden werd de tijd gemist toen gunstige omstandigheden voor de vorming van de overeenkomstige functies plaatsvonden in het lichaam als geheel en in het centrale zenuwstelsel in het bijzonder. Toen deze tijd verstreek, hadden externe invloeden geen speciale betekenis meer - het zenuwstelsel kon er niet op "reageren".
Elke gevoelige periode komt overeen met bepaalde mentale neoplasmata - die functies en eigenschappen die voorheen niet bestonden. Het verschijnen van neoplasmata is een kwalitatieve sprong in mentale ontwikkeling. De voorwaarden voor zo'n sprong worden gecreëerd door de rijping van de overeenkomstige delen van de hersenen en functionele organen. Maar deze voorwaarden blijven een niet-gerealiseerde mogelijkheid als ze niet beantwoorden aan een "reactie" van de omgeving waarin het kind zich ontwikkelt.
Een van de voorwaarden voor mentale ontwikkeling is de plaatsing van het kind in een sociale situatie die overeenkomt met de gevoelige periode. Zo is de leeftijd van 7 tot 10 jaar gevoelig voor de vorming van willekeurig gedrag, aandacht en andere mentale processen. De juiste externe voorwaarden worden gecreëerd door het schoolonderwijs met zijn eisen.
De ontwikkeling wordt verstoord als de omgeving niet aansluit bij de mogelijkheden van de gevoelige periode. Zo is de leeftijd van 1, 5 tot 2, 5 jaar vooral gunstig voor de assimilatie van taalnormen. Als volwassenen op dit moment blijven "lippen", met het kind praten in een speciale "kinderachtige" taal en de door hem bedachte "woorden" herhalen, kan dit een vertraging in de spraakontwikkeling veroorzaken. De juiste spraakontwikkeling zowel tijdens deze periode als in de toekomst wordt vergemakkelijkt door de juiste, competente spraak van volwassenen, die het kind zou moeten horen.
Een andere belangrijke voorwaarde voor mentale ontwikkeling is de deelname van het kind aan activiteiten die overeenkomen met de gevoelige periode. Voor een tiener is sociale interactie met leeftijdsgenoten bijvoorbeeld normaal gesproken de belangrijkste activiteit. Als een tiener, onder druk van volwassenen, zich blijft concentreren op school ten koste van de communicatie, kan hij in de toekomst moeilijkheden ondervinden bij het leggen van sociale contacten, zelfs als volwassene.
Het meest opvallende voorbeeld van het weglaten van gevoelige ontwikkelingsfasen zijn de tragedies van de Mowgli-kinderen. Specifiek menselijke mentale functies bij deze kinderen kunnen zeer beperkt of zelfs helemaal niet worden gevormd, omdat de gevoelige perioden van vorming van deze functies al zijn verstreken.