De beul is een van de belangrijkste posities in de menselijke samenleving. Vanaf de tijd van het oude Egypte tot nu moet iemand helaas dit vreselijke werk doen - om de doodstraf op criminelen uit te voeren.
Beul in de Europese geschiedenis
In westerse landen was de doodstraf tijdens het eerste millennium na Christus niet alledaags. In de regel werd de dader, zelfs als hij van moord werd beschuldigd, veroordeeld tot betaling van een geldelijke vergoeding aan het slachtoffer of de familieleden van het slachtoffer. In het geval dat een misdrijf werd gepleegd tegen de staat, zijn heerser of de kerk, werd de uitvoering van de doodstraf toevertrouwd aan de gerechtsdeurwaarder, de jongste van de rechters, of aan het slachtoffer zelf. Soms werd een crimineel die ermee instemde de bloedige hand van justitie te worden, ten val gebracht door zijn eigen doodvonnis.
Na verloop van tijd verscheen de functie van beul officieel, maar het was erg moeilijk voor iemand met zo'n beroep. Naast de verschrikkingen van het vaartuig zelf, moest hij de uiterst vijandige houding van de samenleving verduren. Dus het huis van de uitvoerder van doodvonnissen werd buiten de stadsgrenzen gebouwd, het was hem verboden om festiviteiten bij te wonen, en in de kerk mocht de beul alleen bij de uitgang staan en biechten aan de laatste van de parochianen. De beul kon alleen een gezin stichten met de dochter van een van zijn collega's, en al snel begon dit beroep van vader op zoon te worden geërfd.
Executie in het Russisch
In Rusland, in de oudheid, was de beul, of kat, altijd in het vak. Maar eerlijk gezegd moet ik zeggen dat hij vaker niet de hoofden van zijn schouders moest afhakken, maar criminelen moest onderwerpen aan lijfstraffen en verdachten op verschillende verfijnde manieren moest martelen.
De soorten en methoden van marteling waren strikt gereguleerd, bovendien was het gebruik ervan verplicht tijdens ondervragingen. Dus om erkenning te krijgen, was het noodzakelijk om een zweep te gebruiken, marteling met water dat op de kruin van het hoofd druppelde - "een dunne kan" - en, natuurlijk, een rek.
Dyba is het meest effectieve hulpmiddel in het arsenaal van de oude Russische beul en tegelijkertijd het meest populair. Voordat een persoon van het dek werd gehangen, moest de katu zijn armen uit de schoudergewrichten ontwrichten. Dit wrede ritueel was de reden waarom de beulen "meesters van de schouder" werden genoemd, maar de gevolgen van dergelijke martelingen waren omkeerbaar, de gewrichten werden gereset en de persoon kon weer werken.
Natuurlijk hadden de 'meesters' genoeg ander werk achter de schouders van de crimineel: met behulp van zwepen en een batog kon de beul het niveau van zijn kwalificaties aantonen. Bijvoorbeeld hoe, na talloze slagen toe te brengen, geen enkel litteken op de rug van de dader achterblijft, of de huid van hem verwijdert, gewoon drie keer met een zweep slaan.
Maar natuurlijk kon niets het beroep van beul prestigieus maken. Steeds vaker werden tot ballingschap veroordeelden in Siberië betrokken bij het vuile werk, maar dat konden ze niet langer dan drie jaar doen. Als gevolg hiervan waren er in Rusland geen specialisten meer in het uitvoeren van lichamelijke martelingen, en sinds 1861 zijn executies geen openbaar spektakel meer.