Kangoeroe is een uniek herbivoor zoogdier. Deze dieren leven alleen in Australië, waarvan ze zijn. Ze zijn ook een zeer belangrijke schakel in de voedselketen van de Australische flora en fauna, waarvoor ze 'ordelijken van de aarde' worden genoemd.
Kangoeroes zijn de buideldieren van Australië. Ze voeden zich met planten, knollen, zaden en sommige soorten paddenstoelen.
Het concept van 'ordelijken van de aarde' wordt geassocieerd met de biosfeer - een soort schil van onze planeet, die de hele reeks levende organismen bevat die voortdurend in uitwisseling zijn en een destructieve functie vervullen. Kangoeroes bevrijden het aardoppervlak van planten en lijken van dieren, die, als ze niet in de aard van de consument zouden bestaan, de grond zouden bedekken met een multimeterlaag.
Bovendien eten organismen van de ene schakel, die de voedselketen vormen, de organismen van de vorige op en voeren zo een ketenoverdracht van energie uit, wat de basis is van de cyclus van stoffen in de natuur.
Er zijn in totaal 56 soorten kangoeroes. De kleinste van hen zijn kangoeroe ratten. Ze leven in struikgewas van gras en voeden zich met zaden, paddenstoelen en plantknollen. En de grootste soort zijn de gigantische kangoeroes, waaronder de grijze en rode. Alfalfa, klaver, bloeiende peulvruchten, stekelvarkengras dienen als voedsel voor hen, kleine planten die rijk zijn aan zouten zijn ook opgenomen in het dieet van kangoeroes.
Wetenschappers zijn er nog niet achter waarom buideldieren sommige soorten planten eten en andere niet aanraken.
Als belangrijke schakel in de voedselketen van het tropische ecosysteem van Australië dienen herbivore kangoeroes zelf als voedsel voor roofdieren of consumenten van de tweede orde: dingohonden en amethistpythons; kleine kangoeroes worden gedood door geïmporteerde dieren zoals vossen en huiskatten.
Nu zijn ongeveer 20 kangoeroe-soorten in het stadium van uitsterven en worden ze vermeld in het "Rode Boek". Wetenschappers luiden de noodklok, want bij de jacht op wilde plantenetende kangoeroes zijn mensen niet in staat om het noodzakelijke natuurlijke evenwicht tussen dier- en plantsoorten te behouden. Zo wordt het functioneren van de gehele voedselketen van de Australische flora en fauna verstoord.